dinsdag 20 oktober 2015

TABAKSFABRIEKEN IN RIJSSEN

Tabaksfabrieken in Rijssen

(TEKST KOEDIJK VOLGT NOG)

Tabaksfabriek van B.J.Koedijk




Tabaksfabriek van I.Spanjer

Rijssen was in de 19e eeuw een orthodox rustig stadje met enkele industrieën van enige importantie. Er stonden de enige twee jutefabrieken van ons land, 11 steenbakkerijen met circa 100 werknemers, een roomboterfabriek, een blauwververij, de sigarenfabrieken van J. Spanjer en J. Oldekamp en de twee kerverijen van J. Spanjer en H.J. Koedijk. Het aantal werklieden van de sigarenfabrieken samen bestond uit een dozijn sigarenmakers aangevuld met 20 tot 30 vrouwen boven de 16 jaar die thuis de tabak stripten.


Spanjer, van Joodse afkomst, startte voor 1886 zijn sigarenfabriek aan de Grootestraat 2 in Rijssen. In de periode 1893 tot 1908 werden via advertenties regelmatig bekwame sigarenmakers gevraagd. Opmerkelijk is dat deze sigarenmakers ongehuwd moesten zijn. In de periode 1893 – 1910 ging het de fabriek voorspoedig, zo lezen we in de provinciale overzichten van handel en nijverheid. Er werd goed verdiend en er was voldoende werk voor de sigarenmakers. In zijn kerverij werd hoofdzakelijk pruimtabak geproduceerd.
Spanjer woonde tegenover zijn fabriek in de Grootestraat 7. Vlak in de buurt aan het Schild stond zijn pakhuis “het Pannenvis”.

Links de fabriek van Spanjer - rechts het pakhuis
In 1901 lezen we dat Spanjer via een aanbesteding start met de bouw van een tabaks- en sigarenfabriek op een terrein gelegen aan de Stationsweg in Rijssen. Waarschijnlijk zal dit de fabriek zijn aan de latere Stationsdwarsweg.

In 1926 wordt de oude sigarenfabriek aan de Grootestraat afgebroken. Op de plek zal een pand van de Coöperatie, een kledingwinkel verrijzen. Intussen was Spanjer gestopt en deed in 1927 zijn fabriek over aan J. Smeijers Jr. De handelsnaam bleef I.Spanjer.
Op de balans van 1928 staat vermeld: f 1500,00 voor de grond, f 6021,42 voor het gebouw, f 1619,00 voor de machines en f 4000,00 voor goodwill.
Aan zijn vader moest hij, waarschijnlijk voor een lening, f 9840,42 betalen en aan de Middenstands Crediet Bank f 8000,00 voor een opgenomen hypotheek. Op de balans bleef in dat jaar f 1577,88 over als eigen kapitaal.
In 1929 schrijft J. Smeijers Jr. zich in bij de kamer van koophandel, als eigenaar van de tabaksfabriek aan de Stationsdwarsweg 24. De zaak liep goed, zijn kapitaal groeide in 1 jaar naar f.2733,99.

In 1933 schrijft hij zich opnieuw in bij de KvK en wordt genoemd als eigenaar van de tabakskerverij met adres Stationsdwarsweg 9. Blijkbaar heeft hij een pand erbij genomen.. In april 1934 wordt de inschrijving weer teniet gedaan. Het pand bleef wel beschikbaar. Intussen verkoopt Smeijers naast eigen fabrikaten ook sigaren en sigaretten en kon zich mede daardoor grossier noemen.


Smeijers produceerde in hoofdzaak pruimtabak. In de beginjaren was dat ongeveer 1000 kg per week. Zijn pruimtabak werd in de regio alom gewaardeerd. Ruiterstabak werd een bekend merk rooktabak. Het verhaal gaat dat een familielid in vol militair ornaat te paard door Rijssen reed, hetgeen in het dorp snel de ronde deed. De Smeijers kregen toen als bijnaam “de Ruuters”.
In de jaren 1932 tot 1936 behaalde Smeijers een nettowinst van gemiddeld f 1800,00 p.j.
In 1938 werd vermeld dat de zaak werd  omgezet in een vennootschap onder firma genaamd Firma I. Spanjer, met de vennoten J. en D. Smeijers. De firma is gevestigd aan de Stationsdwarsweg 9. Hij adverteerde als grossier van tabaksfabrikaten.


Bij het aanbreken van de 2e wereldoorlog stokte de aanvoer van tabak. In 1940 had Smeijers 4 personeelsleden in loondienst die samen per week f 38,01 verdienden Smeijers haalde voor zichzelf per week f.60,00 uit het bedrijfsresultaat. Eind 1942 waren de bedragen voor de werknemers verhoogd tot f 44,04 en voor Smeijers f 80,00 per week. Er was in de eerste oorlogsjaren nog voldoende werk voor de werknemers. Een strop was de inbraak in 1942, toen de voorraad bestemd voor de plaatselijke winkeliers rond Pasen werd gestolen.
In april 1943 schreef de firma aan haar klanten dat er niet meer geleverd kon worden in verband met de concentratie in de tabaksindustrie. Spanjer kreeg geen tabak meer toegewezen en werd niet aangewezen als fermenteur van amateurtabak. Een tabakszak met overgeplakt etiket Amateurtabak (zie bij afbeeldingen) doet vermoeden dat Spanjer amateurtabak opkocht om verder te verhandelen. 

prijslijst uit 1940


In 1949 nam de oudste werknemer de heer J.W.Oolbekkink op 72-jarige leeftijd officieel afscheid van de fabriek. Hij had een dienstverband van bijna 60 jaar erop zitten.
Ten huize van firmant J.Smeijers ontving hij een envelop met inhoud en van het personeel kreeg hij enkele cadeaus.
De fabriek heeft tot 1977 geproduceerd, daarna is alleen de grossierderij overgebleven. Inmiddels was het assortiment uitgebreid met rokersbenodigdheden, koffie en thee.
In 1985 sloot de fabriek haar deuren. Het klantenbestand werd verkocht aan de groothandel Ter Riele in Almelo. De machines zijn naar Douwe Egberts in Joure gegaan.

Emaille deurpostbordje
Fabriek aan de Stationsdwarsweg
Tekst boven ramen: ROOKT RUITERSTABAK  onder F.I.SPANJER - SIGAREN

Briefhoofden en kaarten



Middelste pakje (1949-1955) bedrukt op pakje zelf  Rijsen i.p.v. Rijssen

GERAADPLEEGD
-       Financiële administratie Spanjer uit het fabrieksarchief  1928-1942 (privébezit)
-       Correspondentie Smeijers en briefpapier Spanjer (privébezit)
-       Interview met de heer D.Smeijers (1986)
-       Erfgoed Rijssen-Holten
Beeldbank en krantenarchief
-       Krantenarchief Delpher
-       Gegevens en foto fabriek van de heer G. ten Wolthuis
-       Marktplaats (afbeelding deurpost en pakjes tabak)
-       Ansichtkaart tabakstripster
-       Collectie verpakkingen (privébezit)


TABAKSVERPAKKINGEN



Tot slot: Voor de naam van Isaak Spanjer werden twee schrijfwijzen gebruikt:
I.Spanjer en J.Spanjer

        Aanvullingen en opmerkingen graag naar varias@xs4all.nl  






















dinsdag 12 mei 2015

TABAKSFABRIEK “DE HOOP” in AKKRUM

In Akkrum is één tabaksfabriek actief geweest. De fabriek is in 1858 opgericht onder de naam “De Hoop” met als eigenaar H.F.Kuipers Hzn. Later werd de fabriek overgenomen door P.R.Tulner.

H.F.Kuipers startte in 1858 op twintigjarige leeftijd een kerftabaksfabriek aan de Wijde Steeg in Akkrum met daarnaast een pakhuis met twee zolders. Met behulp van knechten produceerde hij kleinschalig kerftabak die hij in de directe omgeving aan winkeliers verkocht. In het winkel- woonhuis was ook een slijterij gevestigd en er werden sigaren verhandeld.

In 1880 werden de panden te koop aangeboden en werd een nieuwe fabriek gebouwd aan de Heechein 4. Een winkelwoonhuis met aangrenzend de fabriek.


Kuipers verwierf in de loop der jaren een goede naam als tabaksfabrikant. “Kuipers tabak” werd een begrip in de regio.
Zijn machinepark werd goed onderhouden. Regelmatig verkocht hij zijn oude kerfbanken om nieuwe aan te schaffen die door stoom via loopbanden werden aangedreven.
In 1894 verkocht hij in de winkel een maagelixer van de firma Doijer en van Deventer uit Zwolle. Dat soort middelen trof men vaker aan bij tabakszaken.
Het ging hem voor de wind, regelmatig adverteert hij om nieuw jong personeel voor de fabriek te werven. In 1897 werd de fabriek door onbekende oorzaak door brand getroffen vanuit de droogkamer. De schade was gelukkig beperkt, de panden werden behouden.
Gezien zijn leeftijd besluit hij in 1904 de fabriek en winkel te verkopen. De nieuwe eigenaar wordt Pieter Ritskes Tulner.


links H.F.Kuipers - rechts Pieter Ritskes Tulner


P.R.Tulner adverteert bij aanvang veel in de kranten om zijn naam bekendheid te geven. Naast de kerverij blijft hij sigaren en sterke drank verkopen. Het merk de Hoop is wettig gedeponeerd. Er was in Bergum ook een tabaksfabriek die “De Hoop “ heette. En later, in de jaren 40 werd getwijfeld of het merk wel degelijk gedeponeerd was, want in Utrecht bleek een stoomtabaksfabriek “De Hoop” te zitten die daar melding van maakte.


In 1918 werden de prijzen van de tabaksproducten verhoogd. Tulner was de eerste die in 1919 zijn producten direct aan de verbruiker aanbood, zodat de tussenhandel uitgeschakeld werd. De zaken gingen blijkbaar goed want hij nam nieuwe kervers in dienst. In 1919 konden klanten voor de tabak van Tulner bij 270 depothouders in Friesland terecht met de slogan “kwaliteit als voor den oorlog – goedkoopste in prijs”. De depothouders ontvingen een geringe omzetprovisie om de consumentenprijs te drukken.



In 1927 werd de fabriek gemoderniseerd met de nieuwste machines. Vreemd genoeg werd in datzelfde jaar de fabriek voor 25.000 gulden te koop aangeboden. Inclusief pakhuis, werkmanswoning en woon-winkelhuis. Er werd in dat jaar 53040 pond tabak gesneden. Blijkbaar is de verkoop niet doorgegaan want in 1930 werd de fabriek door zijn zoon Ritske Tulner en zijn vrouw overgenomen. De naam P.R.Tulner bleef men als firma voeren. Ook werden er eigen sigaren gemaakt. In de topjaren waren 20 sigarenmakers in dienst.




Ritske heeft niet de makkelijkste tijd meegemaakt. Eerst de crisis in de dertiger jaren. Daarna het overlijden van zijn vader op 20 augustus 1937 en tenslotte de oorlogsjaren met de landelijke tabak schaarste. Veel kerverijen hadden geen werk meer. Tulner heeft op kleine schaal met surrogaten gewerkt. Na de oorlog werd de normale productie weer ter hand genomen. De eerste pakjes werden verkocht als eenheidstabak, een product van de Nederlandse Kerftabak Industrie, o.a. het merk Pax. Eerst waren de pakjes nog 40 gram, later toen er meer tabak voorhanden was gevuld met het normale gewicht van 50 gram.
Na de oorlog kwam het merk Trouw in de handel, dat ook gebruikt werd voor de sterke drank Beerenburg.


In 1972 werd de zaak overgenomen door de derde generatie, Arend Tulner en zijn vrouw. De vraag naar kerftabak werd steeds kleiner en Tulner ging zich meer richten op de slijterij. De winkel werd te klein, er werd een kamer van het huis bijgetrokken. In 1976 werd in het pand een wijntapperij geïnstalleerd.
Doordat steeds meer supermarkten ook wijn, bier en sterke drank gingen verkopen liepen de inkomsten terug. De zaak was niet meer levensvatbaar om overgenomen te worden. In 2007, net voordat de fabriek haar 150- jarig bestaan zou vieren, sloot Arend op 1 september de slijterij.


De winkel na de sluiting. Op de rechter zijmuur staat nog in geel de tekst: Stoom Tabaksfabriek De Hoop.Boven de deur op het glas Tabaksfabriek De Hoop.

Bronnen:
-       Delpher krantenarchief
-        http://www.slijterijtulner.nl/historie 
-       Objecten privé collecties